Pagina's

woensdag 28 maart 2018

Darwin aan de HU?

Overal om ons heen gonst & bruist het van verandering, verlangen naar nieuwe vormen van werken, korte metten met de protocolitis en protocoleuten. Zo vond ik zojuist weer een fraaie passage in het laatste nummer van Onderwijsinnovatie (2018.1), een uitgave van de Open Universiteit. Een gedachtenspinsel: wat nu als Darwin (of om het even Einstein, Popper, Feyerabend, Newton) aan een Nederlandse universiteit of hogeschool zou werken - zou willen werken, hij zou waarschijnlijk niet eens aangenomen worden. Maar stel dat Darwin wel aangenomen werd en...

... zijn jarenlange onderzoek had moeten doen onder de moderne universitaire bureaucratie. Als het man-zijn zijn benoeming al niet geblokkeerd had bij de gender-balance controle, dan zou hij een uitgebreide getoetste rapportage voor zijn BKO-registratie moeten maken. Hij zou vervolgens een projectaanvraag voor NWO moeten schrijven die niet geaccepteerd werd als er een woord meer in zou staan dan het toegestane woordenmaximum. Zijn aanvraag zou vervolgens
anoniem beoordeeld worden met een afwijzigingspercentage van 87 procent. Darwins eventuele protesten tegen die beoordeling zouden vrijwel kansloos zijn. Na deze hobbel zou Darwin zijn onderzoek van tevoren door de ethische commissie moeten laten toetsen, ook al wist hij nog helemaal niet wat hij precies ging doen. Hij zou tijd moeten schrijven in een systeem dat uitsluitend werkweken van exact veertig uur aankan en geen categorie voor nadenken kent. Daarna zou hij verplicht, in het kader van tussentijdse evaluaties, voortgangsrapportages moeten schrijven, zou hij PE-punten moeten verzamelen en extrinsiek gemotiveerde studenten tevreden moeten houden, hopend dat de anti-plagiaat software niet zou afgaan op hun ingeleverde scripties. Verder zou hij zich moeten richten op ‘inverdien targets’, prestatiecriteria, accreditatie en visitatiecommissies. In een tenure track zou hij afgerekend worden op zijn artikelen in tijdschriften, mits goedgekeurd door de onderzoeksschool. Ongeveer tachtig procent van zijn input zou afgewezen worden op grond van tegenstrijdige reviews van onbetaalde b-keuze reviewers die niets moeten hebben van zijn ideeën omdat ze a) die niet begrijpen en b) niet zelf geciteerd worden. Omdat de universiteit hem als medewerker niet vertrouwt, moet hij van ieder door hem bezocht congres een getekende aanwezigheidsverklaring indienen. Ook moet hij van elk kopje koffie dat hij aan boord van het onderzoeksschip de Beagle drinkt de bonnetjes verzamelen, die optellen en binnen drie maanden op papier uitprinten en indienen, inclusief een uitdraai van de afgelegde kilometers.

Wat denkt u? Zou hij ‘On the origin of species’ geschreven hebben?